Belegering van Fort Zeelandia
Het Beleg van Fort Zeelandia is de naam voor Koxinga's invasie van Taiwan. Het beleg begon in 1661 en eindigde in 1662. Het maakte een einde aan de heerschappij van de Verenigde Oost-Indische Compagnie over Taiwan. Na het beleg regeerde het Koninkrijk Tungning over het eiland. Van deze gebeurtenis werd gezegd dat het "een oorlog was die het lot van Taiwan in vierhonderd jaar bepaalde".
Begin
In 1659, na een mislukte poging om Nanjing in te nemen, ging Koxinga, leider van de Ming-getrouwen, op zoek naar een onderkomen voor zijn mannen.
He Bin, die voor de Nederlandse Oost-Indische Compagnie werkte, vluchtte naar Koxinga's basis in Xiamen en voorzag Koxinga van een kaart van Taiwan. De Nederlanders hadden een post gevestigd in Tayoan, dat twee forten had. Het eerste was Fort Zeelandia aan de ingang van de baai bij Tayoan, wat de belangrijkste Nederlandse nederzetting was. Het tweede was Fort Provintia, ook gelegen aan de baai. Frederick Coyett, de gouverneur van Taiwan was in Fort Zeelandia met 1.800 man. Fort Provintia had 500 man.
The Siege
Koxinga's vloot vertrok op 23 maart 1661 vanuit Kinmen. Zijn vloot bestond uit honderden schepen van verschillende grootte, met 25.000 man aan boord. De vloot kwam op 2 april bij Tayoan aan en landde, na door een voor de Nederlanders onbekende ondiepe waterweg te zijn gevaren, bij Luermen.
De mannen belegerden Fort Provintia en het gaf zich op 4 april over. Drie dagen na de inname van Fort Provintia omsingelden Koxinga's mannen Fort Zeelandia en eisten de overgave. Koxinga stuurde een Nederlandse priester, Anthonius Hambroek, om deze overgave te vragen. Hambroek deed dit niet en hij werd gedood nadat hij was teruggekeerd naar Koxinga's kamp.
Koxinga's vloot gebruikte toen kanonnen en ze probeerden het fort binnen te dringen, maar velen stierven. Koxinga wachtte vervolgens buiten het fort. Op 28 mei bereikte het nieuws van Koxinga's aanval Jakarta. De Nederlanders stuurden 10 schepen en 700 matrozen om te helpen. De schepen arriveerden op 5 juli en hadden enkele kleine gevechten met Koxinga's vloot.
Op 23 juli vochten de twee partijen toen de Nederlandse schepen probeerden het fort binnen te dringen. Na enige tijd moesten de Nederlandse schepen zich terugtrekken met twee schepen verloren, drie kleine schepen buitgemaakt en ongeveer honderd slachtoffers. De Nederlanders probeerden in oktober het beleg opnieuw te breken, maar werden teruggeslagen door Koxinga's leger. Deze overwinning, in combinatie met berichten over een laag moreel onder het garnizoen van gedeserteerde Duitse huurlingen, overtuigde Koxinga ervan om in december een aanval in te zetten.
Op 12 januari 1662 begon Koxinga's vloot opnieuw met een bombardement, terwijl de grondtroepen zich voorbereidden op de aanval op het fort. Met slinkende voorraden en geen teken van versterking, hees Coyett een witte vlag. De overgave was compleet op 1 februari en de VOC verliet Taiwan op 17 februari.
Vredesverdrag van 1662, tussen Nederlandse gouverneur en Koxinga
De overgave van Fort Zeelandia
Daarna
Coyett werd berecht voor overgave en verbannen naar de Banda eilanden. Hij kreeg gratie na hulp van zijn vrienden. Hij publiceerde in 1675 een boek genaamd 't Verwaerloosde Formosa. In het boek bekritiseerde hij de compagnie voor het negeren van zijn pleidooien voor versterking.
Na het verlies van Tayoan probeerde de Nederlandse Oost-Indische Compagnie het te heroveren. Ze sloten zich aan bij het Qing Rijk om Koxinga's vloot te bestrijden, maar faalden.
Culturele invloeden
De slag werd getoond in de film Zheng Chenggong 1661, die eindigt met de overwinning van Koxinga op de Nederlanders. De Engelse titel van de film is Sino-Dutch War 1661.