Veer (apparaat)
Een veer is een apparaat van metaal, meestal staal.
Het metaal kan worden samengedrukt (geperst). Wanneer de drukkracht wordt weggenomen, neemt de veer zijn oorspronkelijke lengte weer aan. Het metaal is meestal verenstaal, en het is strak gewikkeld. Er is veel variatie in grootte en type, sommige veren zijn bijvoorbeeld ontworpen om te trekken, niet om te duwen. Gasveren worden vaak gebruikt bij de achterklep van voertuigen.
De wet van Hooke modelleert de eigenschappen van veren voor kleine veranderingen in lengte
Spiraal- of schroefveren ontworpen voor spanning
Compressieveren slaan energie op wanneer ze worden samengedrukt
Geschiedenis
Eenvoudige niet opgerolde veren werden gedurende de hele menselijke geschiedenis gebruikt, bijvoorbeeld de boog (en de pijl). In de Bronstijd werden meer verfijnde veerapparaten gebruikt, zoals blijkt uit de verspreiding van pincetten in vele culturen. Ctesibius van Alexandrië ontwikkelde een methode om brons met veerachtige eigenschappen te maken door een bronslegering te maken met een verhoogd aandeel tin, en deze na het gieten door hameren te verharden.
Spiraalveren verschenen al vroeg in de 15e eeuw, in deursloten. De eerste door veren aangedreven klokken verschenen in die eeuw. Ze evolueerden tot de eerste grote horloges in de 16e eeuw.
In 1676 ontdekte de Britse natuurkundige Robert Hooke het principe achter de werking van veren, dat de kracht die ze uitoefenen evenredig is met hun uitrekking, nu de wet van Hooke genoemd.