Scharniertanden
Scharniertanden maken deel uit van de binnenzijde van de schelp van een tweekleppig weekdier. Tweekleppigen hebben per definitie twee kleppen (delen van de schelp). Zij zijn met elkaar verbonden door een sterk en soepel ligament op de scharnierlijn aan de dorsale (bovenste) rand van de schelp.
In levenden lijve moet de schelp iets open kunnen gaan om de voet en de sifons te laten uitsteken, en dan weer sluiten, zonder dat de kleppen uit hun loodrechte stand ten opzichte van elkaar bewegen. Om dit mogelijk te maken, hebben de twee kleppen meestal scharniertanden (het "gebit"). Net als het ligament staan de scharniertanden langs de scharnierlijn van de schelp.
Bij de meeste families zijn de twee kleppen van de schelp langs de scharnierlijn bijna perfect symmetrisch met elkaar, hoewel de plaatsing en de vorm van de tanden bij de linkerklep en de rechterklep iets kunnen verschillen zodat de twee kleppen goed op elkaar passen.
Elke groep tweekleppigen neigt ertoe onderscheidende scharniertanden te hebben. Daarom is een onderzoek van de scharniertanden in een tweekleppige schelp vaak essentieel voor de identificatie en classificatie.
Een close-up foto van de scharniertanden van een mossel
Brachiopoden
Het andere grote schelp phylum, de brachiopoden, heeft ook een groep met scharniertanden. In de traditionele classificatie hebben de Articulata getande scharnieren tussen de kleppen. Bij de Inarticulata worden de twee delen van de schelp alleen door spieren bijeengehouden. 87–93
Vragen en antwoorden
V: Wat zijn scharniertanden?
A: Scharniertanden maken deel uit van de binnenkant van de schelp van een tweekleppig weekdier.
V: Wat zijn tweekleppigen?
A: Tweekleppigen zijn schelpdieren die twee kleppen (delen van de schelp) hebben die met elkaar verbonden zijn door een sterk en flexibel ligament op de scharnierlijn aan de dorsale (boven)rand van de schelp.
V: Waarom hebben tweekleppigen scharniertanden nodig?
A: Tijdens het leven moet de schelp iets open kunnen gaan om de voet en de sifons te laten uitsteken, en dan weer sluiten zonder dat de kleppen uit elkaar gaan staan. Om dit mogelijk te maken, hebben de twee kleppen meestal scharniertanden (het "gebit").
V: Waar zitten de scharniertanden?
A: Net als het ligament bevinden de scharniertanden zich langs de scharnierlijn van de schelp.
V: Zijn de twee kleppen van een tweekleppige perfect symmetrisch ten opzichte van elkaar langs de scharnierlijn?
A: In de meeste families zijn de twee kleppen van de schelp bijna perfect symmetrisch ten opzichte van elkaar langs de scharnierlijn, hoewel de plaatsing en vorm van de tanden in de linkerklep en de rechterklep enigszins kunnen verschillen, zodat de twee kleppen goed op elkaar passen.
V: Waarom is het belangrijk om de plaatsing van de scharniertanden te onderzoeken?
A: Het onderzoeken van de plaatsing van de scharniertanden in een tweekleppige schelp is vaak essentieel voor de identificatie en classificatie, omdat elke groep tweekleppigen meestal kenmerkende scharniertanden heeft.
V: Wat is de functie van het sterke en flexibele ligament dat de twee kleppen van een tweekleppige schelp verbindt?
A: Het sterke en flexibele ligament op de scharnierlijn van de schelp zorgt ervoor dat de schelp zich iets kan openen om de voet en sifons te laten uitsteken, en vervolgens weer kan sluiten, zonder dat de kleppen uit elkaar gaan staan.