Loting

Toewijzing, ook bekend als sortition, is een methode van selectie door middel van een of andere vorm van loterij. Het wordt gebruikt om een gelijke kans te hebben om geselecteerd te worden voor de betrokkenen. Het wordt bijvoorbeeld gedaan door gekleurde kiezelstenen uit een zak te trekken. In de democratie van Athene in het oude Griekenland was loting de belangrijkste methode om ambtenaren te benoemen. Men beschouwde deze methode als een van de voornaamste kenmerken van de democratie.

Aristoteles zag gelijkheid en democratie in een nauwe context:

"Democratie is ontstaan uit het idee dat zij die in enig opzicht gelijk zijn, absoluut gelijk zijn. Allen zijn gelijkelijk vrij, daarom beweren zij dat allen absoluut vrij zijn... Het volgende is wanneer de democraten, op grond van het feit dat zij allen gelijk zijn, gelijke deelname aan alles claimen."

Voorbeelden

  • Historisch
    • De Atheense democratie maakte veel gebruik van loting, waarbij bijna alle overheidsposten door loting werden bezet in plaats van door verkiezingen.
    • De Doge van Venetië werd benoemd via een langdurige procedure met afwisselend sorteer- en verkiezingsrondes.
    • De Signoria van Florence en andere Italiaanse stadsrepublieken werd in de middeleeuwen door het lot gekozen.

Verwante pagina's

Vragen en antwoorden

V: Wat is verkaveling?


A: Toewijzing is een proces van selectie door loting.

V: Wat is een andere naam voor allotment?


A: Een andere naam voor allotment is sortition.

V: Wat is het doel van toewijzing?


A: Het doel van allotment is om alle betrokkenen een gelijke kans te geven om geselecteerd te worden.

V: Welke methode werd in de Griekse oudheid gebruikt voor toewijzing?


A: In het oude Griekenland was sortitie de belangrijkste methode om ambtenaren te benoemen.

V: Waarom werd sortitie in Athene beschouwd als een belangrijk kenmerk van de democratie?


A: Sortition werd beschouwd als een hoofdkenmerk van de democratie in Athene omdat het ervoor zorgde dat iedereen een gelijke kans had om geselecteerd te worden voor officiële functies.

V: Wat geloofde Aristoteles over gelijkheid en democratie?


A: Aristoteles geloofde dat gelijkheid en democratie nauw met elkaar verbonden waren. Hij geloofde dat democratie voortkwam uit het idee dat degenen die in enig opzicht gelijk zijn, absoluut gelijk zijn.

V: Wat beweerden de democraten in het oude Griekenland op grond van hun geloof in gelijkheid?


A: Op basis van hun geloof in gelijkheid eisten de democraten in het oude Griekenland gelijke deelname aan alles.

AlegsaOnline.com - 2020 / 2023 - License CC3