Hokjesprincipe
Het duivengatenprincipe verklaart dat wanneer er (n) duivengaten zijn in een duivencontainer, het onmogelijk is om meer dan (n) duiven in die container te stoppen, zonder dat er minstens één gat is dat meer dan één duif bevat. De duiven worden hier gebruikt als voorbeeld voor alles wat in containers of onderverdelingen gestopt kan worden.
Deze stelling is belangrijk in de informatica en de wiskunde, vooral in de grafentheorie.
Tien duiven in negen gaten - één gat zal meer dan één duif bevatten
Voorbeeld
In een koffer zitten 12 blauwe en 18 zwarte sokken. Als we onze ogen sluiten, hoeveel sokken moeten we er dan uithalen om er zeker van te zijn dat we een paar van dezelfde kleur hebben?
Als we de kleuren zien als 'gaten' of categorieën, hebben we 2 gaten, dus (n) = 2. Als we drie sokken uit de koffer trekken, moeten er minstens twee dezelfde kleur hebben, want 3 is een getal groter dan 2. Het juiste antwoord is hier dus drie.