Trompet
Een trompet is een koperblaasinstrument dat vooral wordt gebruikt in klassieke muziek en jazzmuziek. Het meest voorkomende type trompet is een B♭ trompet, wat betekent dat als de speler een C speelt, deze klinkt als een B♭ in concertstemming. De trompet wordt bespeeld door in het mondstuk te blazen en een "zoemend" geluid te maken. Er zijn drie toetsen, ventielen genaamd, die de speler kan indrukken om de toonhoogte te veranderen.
Geschiedenis
De trompet bestaat al ongeveer 3000 jaar. Een vroeg voorbeeld van een koperen instrument als een trompet is de shofar, die nog steeds wordt gebruikt bij religieuze ceremonies. Uiteindelijk begon men trompetachtige instrumenten te maken met hout (bijvoorbeeld de cornetto), en later met messing. Moderne bugelinstrumenten lijken op vroege metalen trompetten.
Vele jaren geleden, toen het gebruik van instrumentale muziek toenam, werden trompetten erg belangrijk. Trompetten waren lang en zonder ventielen. Dit betekende dat een speler de toonhoogte van het geluid moest regelen met alleen zijn mond, wat erg moeilijk was. Iedereen had respect voor trompettisten omdat trompetten zo moeilijk te bespelen waren.
De chromatische trompet werd aan het eind van de 18e eeuw ontwikkeld. In de 19e eeuw maakten goede ventielen het gemakkelijker om noten op de trompet te spelen. Toch is trompet een moeilijk instrument om onder de knie te krijgen.
Muziek voor trompet
Klassieke muziek wordt geschreven voor solotrompet, en trompetten worden opgenomen in orkesten. Trompetten spelen een belangrijke rol in jazzmuziek en andere populaire genres. Soms spelen ze ook korte partijen om secties in rocknummers te benadrukken.
Trompetspelers
Enkele beroemde klassieke trompettisten zijn Adolph Herseth, Sergei Nakariakov en Maurice Andre.
Enkele beroemde jazztrompettisten zijn Miles Davis, Louis Armstrong, Arturo Sandoval, Wynton Marsalis, Dizzy Gillespie en Maynard Ferguson.
