Wakizashi
De wakizashi ()()()()()()()(((((()()()()()()()()()()()()()() is een traditioneel Japans zwaard. Het is korter dan de katana, die in het begin van de 17e eeuw bekend stond als kodachi zwaard. De twee zwaarden werden altijd samen gedragen: de wakizashi maakte het werk van het katana zwaard af. Zo'n zwaard kon 30 tot 60 cm lang zijn. Een kleine versie werd een "ko-wakizashi" genoemd, een langere een "o-wakizashi". De wakizashi heeft een handvat van roggenhuid en de kling is gemaakt van het fijnste metaal en steen.
Overzicht
Een wakizashi had een licht gebogen kling met een vierkant handvat. Het handvat en de schede (de kast waarin het zwaard wordt bewaard) van een wakizashi waren rijkelijk versierd met traditionele motieven. Een wakizashi was meer versierd dan een katana omdat het niet zo veel werd gebruikt als een katana, maar toch overal mee naar toe werd genomen. Een ander onderscheidend kenmerk is de schede (een "saya" genoemd). De saya's werden gemaakt zoals de katana, maar ze konden extra vakken hebben voor kleinere messen, een haarspeld, enz.
De katana en de wakizashi samen worden een daishō genoemd, wat vertaald wordt als "groot en klein". Het eerste deel van het woord (dai) betekent "groot" en staat voor het katana zwaard; het tweede deel (sho) staat voor de wakizashi. Wakizashi was meer versierd dan een katana en het was dunner, daarom was het ontworpen om door zachtere doelen te snijden. Het was dus een zwaard om gevaarlijke sneden te maken in zwakke punten van het menselijk lichaam. Het gebruik van een daishō op het slagveld gaf de gebruiker ervan een groot voordeel. Met de twee zwaarden kon de samoerai de vijanden binnen een actieradius van 2 tot 7 voet (1 tot 3 1/2 meter) houden. Miyamoto Musashi, een beroemde Japanse samoerai, was bijzonder bedreven in het gebruik van de daishō.
Gewoonten en tradities
Een wakizashi zwaard was een onvervangbaar wapen voor een samurai. Volgens de traditie moet de samoerai bij het betreden van een huis of een ander gebouw zijn katana achterlaten bij een bediende, maar de wakizashi mocht altijd en overal gedragen worden. Daarom wordt de wakizashi vaak de zijarm van de samoerai genoemd. De wakizashi volgde zijn meester zelfs als hij ging slapen, omdat het altijd in de buurt van het bed was.
De wakizashi werd langs de dij gedragen en meestal met één hand gebruikt; de andere hand werd gebruikt voor de katana. De wakizashi bleek zeer effectief wanneer de katana door zijn lengte en gewicht moeilijk te gebruiken was. De wakizashi heeft minder kracht nodig om te gebruiken en is wendbaarder.
De wakizashi was ook het zwaard dat gebruikt werd door kooplieden en ambachtslieden (soorten handelaren) die geen katana mochten dragen. Dit feit verklaart waarom er een groter aantal wakizashi zwaarden werd gevonden dan katana's. Er zijn zelfs meer wakizashi zwaarden dan katana zwaarden, hoewel de katana zwaarden een grotere betekenis hadden voor de Japanse samenleving.
Seppuku
Het wakizashi zwaard werd veel gebruikt in het ritueel van seppuku (zelfmoord wegens eerverlies). In dit ritueel werd het gebruikt samen met het kortste Japanse zwaard - Tanto. De wakizashi werd in de torso (lichaam) gestoken en verticaal opengesneden. Dit soort dood werd beschouwd als eervol voor een samurai. Als een vrouwelijke samoerai seppuku pleegde, sneed ze alleen haar eigen keel door.
Bron
- Techniek van het Katana-zwaard trekken - IAI-DO - Feiten over katana en wakizashi, hoe ze uit de schede te halen en opmerkelijke terminologie.