Docodonta
Docodonts zijn een orde of suborde van uitgestorven zoogdiervormen. Ze leefden in het midden- tot laat-Mesozoïcum.
Ze hadden gesofisticeerde kiezen, waar de suborde zijn naam aan ontleent. In het fossielenbestand zijn geïsoleerde tanden en kaakbeenderen te vinden.
Docodonts zijn niet zo nauw verwant aan de placenta's en buideldieren als de monotremen, zodat ze niet tot de kroongroepzoogdieren behoren.
Omdat hun kiezen en hun onderkaak een enkel bot is (het tandbeen), worden ze over het algemeen beschouwd als zoogdieren. De auteurs die de term "Mammalia" beperken tot de (levende) kroongroep sluiten echter docodonts uit. Zij gebruiken in plaats daarvan de term zoogdiervormen.
Docodonts waren voornamelijk planten- of insecteneters. Echter, Castorocauda, aangepast aan een semi-aquatisch leven, heeft tanden die suggereren dat het vissen at.
Castorocauda is belangrijk omdat de eerste vondst een bijna volledig skelet was (een echte luxe in de paleontologie). Het breekt het "kleine nachtelijke insectivoor" stereotype. Het was merkbaar groter dan de meeste Mesozoïsche zoogdiervormige fossielen, en geeft absoluut zeker bewijs van haar en vacht. Dit suggereert natuurlijk sterk de zoogdierachtige temperatuurregeling.
Reconstructie van Castorocauda. Let op de vacht en de aanpassingen voor het zwemmen (brede, platte staart; vliezenvoeten) en voor het graven (robuuste ledematen en klauwen).
Gerelateerde pagina's
Vragen en antwoorden
V: Wat is Docodonta?
A: Docodonta is een orde of onderorde van uitgestorven zoogdiervormen die leefden in het midden- tot laat-mesozoïcum.
V: Wat zijn enkele kenmerken van docodonten?
A: Docodonten hebben verfijnde kiezen, een eenbeens onderkaak (het dentarium), en waren voornamelijk planten- of insecteneters.
V: Worden docodonten beschouwd als zoogdieren?
A: In het algemeen wel. Auteurs die de term "Mammalia" beperken tot de (levende) kroongroep sluiten docodonten echter uit en gebruiken in plaats daarvan de term mammaliaformes.
V: Hoe werd Castorocauda aangepast?
A: Castorocauda was aangepast aan een semi-aquatisch leven en had tanden die erop wijzen dat hij vis at.
V: Wat maakt Castorocauda belangrijk in de paleontologie?
A: De eerste vondst van Castorocauda was een bijna compleet skelet, wat zeldzaam is in de paleontologie. Hij doorbreekt ook het stereotype van de "kleine nachtactieve insectivoor", want hij was aanzienlijk groter dan de meeste fossielen van zoogdieren uit het Mesozoïcum, en gaf absoluut zeker bewijs van haar en vacht, wat wijst op een temperatuurregeling van het zoogdiertype.