Willie Dixon | bluesmuzikant, zanger, songwriter en bassist
William James "Willie" Dixon (1 juli 1915 - 29 januari 1992) was een Amerikaanse bluesmuzikant, zanger, songwriter en bassist. Hij was een van de grondleggers van de Chicago blues. Hij schreef veel nummers die nog steeds standards van de Chicago blues zijn. (o.a. "Little Red Rooster", "Hoochie Coochie Man", "Evil", "Spoonful", "Back Door Man", "I Just Want to Make Love to You", "I Ain't Superstitious", "My Babe", "Wang Dang Doodle", en "Bring It On Home") De nummers stammen uit de jaren vijftig toen Dixon als producer werkte voor Chess Records. Hij speelde ook upright bass op veel platen van het label.
Leven
Dixon werd geboren in Vicksburg, Mississippi op 1 juli 1915. Hij leerde de blues tijdens zijn tijd op gevangenisboerderijen in Mississippi als vroege tiener. Dixon zong bas voor The Jubilee Singers, een lokale gospelgroep die vaak in het programma van het lokale radiostation WQBC zat. Hij begon door hem geschreven gedichten te veranderen in liedjes die hij verkocht aan lokale groepen.
In 1936 ging hij naar Chicago, zoals vele anderen uit de Mississippi-delta. Daar begon hij met boksen en won in 1937 het Illinois State Golden Gloves Heavyweight Championship (Novice Division). Tijdens zijn bokstijd ontmoette hij Leonard "Baby Doo" Caston, die hem overtuigde van een muzikale carrière. Voor de Tweede Wereldoorlog zong Dixon in verschillende zanggroepen. Na de oorlog herenigde hij zich met Caston en vormde het "Big Three Trio".
Dixon tekende bij Chess Records als platenartiest, maar was al snel betrokken bij de platenbusiness. Tegen 1951 was hij producer, talentscout, sessiemuzikant en staff songwriter. Hij werkte onder meer met Chuck Berry, Muddy Waters, Howlin' Wolf, Otis Rush, Bo Diddley, Joe Louis Walker, Little Walter, Sonny Boy Williamson, Koko Taylor, Little Milton, Eddie Boyd, Jimmy Witherspoon, Lowell Fulson, Willie Mabon, Memphis Slim, Washboard Sam en Jimmy Rogers. Door zijn werk met Chuck Berry was hij een schakel tussen de blues en de vroege rock and roll.
Van eind jaren zestig tot midden jaren zeventig runde Dixon zijn eigen platenlabel, Yambo Records. Hij vormde verschillende all star bands die vaak op tournee gingen in Europa. Hij werd ook een voorvechter van de blues. Hij richtte de Blues Heaven Foundation op. De stichting bewaart de blueserfenis en stelt auteursrechten en royalty's veilig voor bluesmuzikanten die in het verleden vaak werden uitgebuit.
In de jaren 1970 en 1980 werd zijn gezondheid steeds zwakker door zijn diabetes. Dixon stierf aan hartfalen in Burbank, Californië op 29 januari 1992.
Honors
- Blues Hall of Fame (1980)
- Grammy (1989) voor Hidden Charms
- Rock and Roll Hall of Fame in de categorie "vroege invloeden" (pre-rock) (1994)
Discografie
Jaar | Titel | Label | Nummer | Opmerkingen |
1959 | Willie's Blues | Bluesville | BVLP-1003 | met Memphis Slim |
1960 | Blues Every Which Way | Verve | MGV-3007 | met Memphis Slim |
1960 | Liederen van Memphis Slim en "Wee Willie" Dixon | Folkways | FW-2385 | |
1962 | Memphis Slim en Willie Dixon in de Village Gate | Folkways | FA-2386 | live, met als gast Pete Seeger |
1963 | In Parijs: Baby Please Come Home! | Strijd | BM-6122 | met Memphis Slim, 1962 |
1970 | Ik ben de blues | Columbia | PC-9987 | met de Chicago All Stars |
1971 | Willie Dixon's Vrede? | Yambo | 777-15 | met de Chicago All Stars |
1973 | Katalysator | Ovation | OVQD-1433 | quadrofonische persing |
1976 | What Happened To My Blues | Ovation | OV-1705 | |
1983 | Machtige aardbeving en orkaan | Pausa | PR-7157 | |
1985 | Willie Dixon: Live (Backstage Access) | Pausa | PR-7183 | met Sugar Blue en Clifton James, Montreux 1985 |
1988 | Verborgen charmes | Bug | C1-90593 | Grammy-winnend album |
1988 | De schaakdoos | Chess Records | Een compilatie met Willie Dixons belangrijkste songs | |
1989 | Ginger Ale middag | Varèse Sarabande | VSD-5234 | soundtrack voor gelijknamige film |
1990 | De Grote Drie Trio | Erfenis | C-46216 | van 1947-1952 |
1995 | De originele Wang Dang Doodle: De Chess Opnames | MCA | 9353 | compilatie (sommige onuitgebracht) van 1954-1990 |
1996 | Crying the Blues: Live in Concert | Thunderbolt | CDTB-166 | live met Johnny Winter & the Chicago All Stars, Houston 1971 |
1998 | Goed advies | Wolf | 120.700 | live met de Chicago All Stars, Long Beach 1991 |
1998 | Ik denk dat ik de blues heb | Prevue | 17 | |
2001 | Big Boss Men - Blueslegendes uit de jaren zestig | Indigo (UK) | IGOXCD543 | live, Houston 1971-72 (zes nummers) |
Vragen en antwoorden
V: Wie was William James "Willie" Dixon?
A: William James "Willie" Dixon was een Amerikaanse bluesmuzikant, zanger, songwriter en bassist. Hij was een van de grondleggers van de Chicago blues.
V: Wat zijn enkele nummers die hij schreef?
A: Willie Dixon schreef een heleboel songs die nog steeds standards van de Chicago blues zijn, zoals "Little Red Rooster", "Hoochie Coochie Man", "Evil", "Spoonful", "Back Door Man", "I Just Want to Make Love to You", "I Ain't Superstitious", "My Babe", "Wang Dang Doodle", en "Bring It On Home".
V: Wanneer heeft hij deze liedjes geschreven?
A: De liedjes werden geschreven in de jaren 1950 toen Dixon als producer werkte voor Chess Records.
V: Welke andere functies had hij bij Chess Records?
A: Naast het produceren van platen voor Chess Records, speelde Willie Dixon ook upright bass op vele platen van het label.
V: Tot welk genre behoort zijn muziek?
A: Willie Dixon's muziek wordt geassocieerd met het Chicago Blues genre.
V: Hoe lang leefde Willie Dixon?
A; Willie Dixon leefde van 1 juli 1915 tot 29 januari 1992.