Verdrag betreffende de status van vluchtelingen

Het Verdrag van de Verenigde Naties betreffende de status van vluchtelingen is een internationale overeenkomst die bepaalt wie een vluchteling is. Het bevat de rechten van mensen die asiel krijgen (die in een ander land mogen wonen omdat het in hun eigen land niet veilig is). Ook de verantwoordelijkheden van landen die asiel verlenen aan vluchtelingen staan erin vermeld.

Het verdrag zegt ook welke mensen niet als vluchteling worden gezien, zoals oorlogsmisdadigers.

  Partijen bij het Verdrag betreffende de status van vluchtelingen: partijen bij alleen het Verdrag van 1951 partijen bij alleen het Protocol van 1967 partijen bij beide niet-leden  Zoom
Partijen bij het Verdrag betreffende de status van vluchtelingen: partijen bij alleen het Verdrag van 1951 partijen bij alleen het Protocol van 1967 partijen bij beide niet-leden  

Geschiedenis

Het verdrag werd goedgekeurd tijdens een speciale conferentie van de Verenigde Naties op 28 juli 1951. Aanvankelijk ging het alleen om de bescherming van Europese vluchtelingen na de Tweede Wereldoorlog. Er waren grenzen aan de duur van het verdrag en aan wie het zou beschermen.

Maar in 1967 nam een "protocol" (wijziging) bij het Verdrag deze beperkingen weg. Dit protocol maakte het verdrag van toepassing op alle vluchtelingen.

Omdat het verdrag in Genève werd goedgekeurd, wordt het vaak "het Verdrag van Genève" genoemd. Maar het is niet een van de bekendere Verdragen van Genève die gaan over welk gedrag is toegestaan tijdens oorlogen.

Denemarken was de eerste staat die het verdrag bekrachtigde (ermee instemde), op 4 december 1952. Vandaag hebben 147 landen ingestemd met het verdrag, het protocol of beide. (Zie de kaart op deze pagina.)

 

Hoofdstuk I. Definitie van een vluchteling

Hoofdstuk 1 bestaat uit de artikelen 1 tot en met 11. Artikel 1 van het Verdrag (zoals bijgewerkt) door het Protocol van 1967 geeft de definitie van een vluchteling:

"Een persoon die zich uit gegronde vrees voor vervolging wegens zijn ras, godsdienst, nationaliteit, het behoren tot een bepaalde sociale groep of zijn politieke overtuiging, buiten het land bevindt waarvan hij de nationaliteit bezit en de bescherming van dat land niet kan of, uit hoofde van bovenbedoelde vrees, niet wil inroepen; of die, indien hij geen nationaliteit bezit en zich ten gevolge van zodanige gebeurtenissen buiten het land bevindt waar hij vroeger zijn gewone verblijfplaats had, daarheen niet kan of, uit hoofde van bovenbedoelde vrees, niet wil terugkeren".

Dit betekent dat een vluchteling iemand is die zijn thuisland heeft moeten verlaten omdat hij, als hij zou blijven, vervolgd (slecht behandeld) zou worden vanwege:

  • Hun ras;
  • Hun religie;
  • Hun nationaliteit (in welk land ze geboren zijn);
  • Tot een bepaalde sociale groep behoren; of
  • Politieke overtuigingen hebben die hun regering niet aanstaan.

Hoofdstuk II. Juridische status

Hoofdstuk II bestaat uit de artikelen 12 tot en met 16. Deze gaan over:

  • Het recht van mensen op eigendom (dingen die ze bezitten)
  • het recht van mensen op vrijheid van vereniging (de vrijheid om deel uit te maken van elke sociale groep of politieke partij die zij willen zijn)
  • Recht van vluchtelingen om een beroep te kunnen doen op de rechter
 

Hoofdstuk III. Betaald werk

Hoofdstuk III gaat over het recht van mensen op werk:

  • Artikel 17 zegt dat iedereen recht heeft op "loondienst" (het recht om tegen betaling te werken).
  • Volgens artikel 18 hebben mensen ook recht op "zelfstandige arbeid".
  • Volgens artikel 19 hebben vluchtelingen recht op "vrije beroepen".
 

Hoofdstuk IV. Welzijn

Hoofdstuk IV gaat over het recht van vluchtelingen op:

  • Rantsoenering (het krijgen van voedsel) (artikel 20)
  • Een plaats om te wonen (artikel 21)
  • Overheidssteun (artikel 23)
  • Goede arbeidsomstandigheden en sociale zekerheid (artikel 24)
 

Hoofdstuk V. Administratieve maatregel

Hoofdstuk V bestaat uit de artikelen 25 tot en met 34. Deze artikelen hebben betrekking op de wettelijke rechten van de vluchtelingen:

  • Artikel 31 bepaalt dat een vluchteling die illegaal een land is binnengekomen, niet mag worden gestraft indien hij dit heeft gedaan om aan een bedreiging van zijn leven of vrijheid te ontkomen.
  • Artikel 32 bepaalt dat een land een vluchteling niet mag verplichten het land te verlaten enkel en alleen om redenen van nationale veiligheid of openbare orde. Het land moet een specifieke reden hebben om die vluchteling het land te laten verlaten.
  • Artikel 33 gaat over het "verbod op uitzetting of terugkeer" (in het Frans "refoulement" genoemd). Dat betekent dat geen enkel land een vluchteling kan doen vertrekken of terugsturen naar zijn thuisland, als in zijn thuisland zijn leven of vrijheid in gevaar zou zijn.
  • Artikel 34 zegt dat wanneer een land vluchtelingen opneemt, het land alles in het werk moet stellen om de vluchtelingen te helpen assimileren en te naturaliseren (hun nationaliteit te veranderen in hun nieuwe land).
 

Gerelateerde pagina's

 

Vragen en antwoorden

V: Wat is het Verdrag van de Verenigde Naties betreffende de status van vluchtelingen?


A: Het Verdrag van de Verenigde Naties betreffende de Status van Vluchtelingen is een internationale overeenkomst die de wettelijke status van vluchtelingen bepaalt.

V: Wie zijn vluchtelingen volgens de Conventie?


A: Volgens de Conventie zijn vluchtelingen mensen die hun thuisland zijn ontvlucht uit gegronde vrees voor vervolging op basis van ras, religie, nationaliteit, politieke overtuiging of lidmaatschap van een bepaalde sociale groep.

V: Wat zijn de rechten van mensen die asiel krijgen onder het Verdrag?


A: Het Verdrag somt de rechten op van mensen die asiel krijgen, waaronder het recht op wettelijke bescherming, huisvesting, onderwijs en werk.

V: Wat zijn volgens het Verdrag de verantwoordelijkheden van landen die asiel verlenen aan vluchtelingen?


A: Het Verdrag somt de verantwoordelijkheden op van landen die asiel verlenen aan vluchtelingen, waaronder het verlenen van toegang tot basisvoorzieningen, asielzoekers toestaan om te werken en toegang te krijgen tot onderwijs, en vluchtelingen beschermen tegen refoulement (teruggestuurd worden naar hun thuisland waar ze vervolgd kunnen worden).

V: Wie wordt volgens het Verdrag niet als vluchteling beschouwd?


A: De Conventie stelt dat mensen die oorlogsmisdaden of misdaden tegen de menselijkheid hebben begaan, niet als vluchteling worden erkend.

V: Waarom is een internationale overeenkomst zoals de Conventie belangrijk?


A: De conventie biedt een wettelijk kader voor de bescherming en de rechten van vluchtelingen en moedigt landen aan om samen te werken om vluchtelingen asiel en steun te verlenen.

V: Wat is het doel van het Verdrag betreffende de Status van Vluchtelingen?


A: Het doel van het Verdrag is om vluchtelingen te beschermen en ervoor te zorgen dat ze hun rechten kunnen uitoefenen en een eerlijke behandeling krijgen in de landen waar ze asiel aanvragen.

AlegsaOnline.com - 2020 / 2023 - License CC3