Vervoer
Vervoer, of transport, is het verplaatsen van mensen of dingen van de ene plaats naar de andere plaats. Transport kan worden onderverdeeld in infrastructuur, voertuigen en operaties.
De infrastructuur omvat wegen, spoorwegen, luchthavens, kanalen en pijpleidingen. De infrastructuur is het netwerk waar dingen worden vervoerd. Infrastructuur omvat ook luchthavens, treinstations, busstations en zeehavens (dokken). Infrastructuur wordt meestal gebouwd door overheden en betaald met belastingen van de burgers van een land of regio. Infrastructuur zoals wegen en spoorwegen worden ontworpen door civiel ingenieurs en stedenbouwkundigen.
Voertuigen of schepen varen op de infrastructuur. Voertuigen zijn onder meer auto's, vrachtwagens, treinen en vliegtuigen. Voertuigen worden meestal ontworpen door werktuigbouwkundigen. Schepen zijn onder andere boten, veerboten en binnenvaartschepen die over kanalen varen en gebruik maken van dokken en zeehavens. Net zoals treinen gebruik maken van treinstations, maken vliegtuigen gebruik van luchthavens. Net zoals treinen gebruik maken van spoorlijnen (treinsporen), gebruiken vliegtuigen vliegroutes en vliegen ze vervolgens in de lucht.
Operaties controleren het systeem. Operaties omvatten verkeerssignalen, spoorwegsignalen en luchtverkeersleiding. Operaties omvatten ook het overheidsbeleid (een beleid is een plan van aanpak om beslissingen en acties te sturen) en regelgeving (een set of groep van wetten en regels) die gebruikt worden om het systeem te controleren, zoals tolheffing, brandstofaccijnzen en verkeerswetten.
Veel verschillende soorten voertuigen, waaronder wagons, trams, treinen, auto's, fietsen, ballonnen, vliegtuigen, schepen, luchtschepen en jachten.
Vervoer en communicatie
Transport en communicatie kunnen worden gebruikt in plaats van elkaar (iemand zou een persoon kunnen bellen in plaats van hem te bezoeken). Ook het transportverkeer heeft communicatie nodig. De luchtverkeersleiding laat bijvoorbeeld meer vliegtuigen vliegen. Een toename van transport of communicatie leidt dus meestal tot een toename van het andere.
Vervoer, energie en milieu
Het transport verbruikt veel energie. De meeste transporten maken gebruik van koolwaterstoffen (olie en gas). Dit kan leiden tot vervuiling. Milieuregelgeving (wetten) en brandstoffen met een lage vervuilingsgraad (bijvoorbeeld vloeibaar aardgas) kunnen de vervuiling verminderen. Maar naarmate er meer voertuigen worden gebruikt, ontstaat er meer vervuiling. Ethanol en biodiesel vervuilen minder dan aardolie.
Soorten vervoer
Het transport kan over land, water of door de lucht plaatsvinden:
- Landvervoer te voet, over de weg en per spoor met fietsen en andere voertuigen
- Vervoer over water met behulp van schepen en binnenvaartschepen in kanalen en op rivieren en zeeën
- Luchtvervoer met behulp van vliegtuigen en luchthavens en helikopters
Vragen en antwoorden
V: Wat is vervoer?
A: Vervoer is de verplaatsing van mensen of dingen van de ene plaats naar de andere.
V: Wat zijn de drie componenten van vervoer?
A: De drie componenten van vervoer zijn infrastructuur, voertuigen en activiteiten.
V: Wie bouwt en betaalt de infrastructuur?
A: Infrastructuur zoals wegen en spoorwegen wordt meestal aangelegd door regeringen en betaald met belastingen van de burgers van een land of regio.
V: Welke soorten voertuigen rijden op infrastructuur?
A: Voertuigen die op infrastructuur rijden zijn auto's, vrachtwagens, treinen en vliegtuigen.
V: Hoe reizen schepen op kanalen?
A: Schepen zoals boten, veerboten en binnenschepen maken gebruik van dokken en zeehavens om op kanalen te varen.
V: Wat doet de luchtverkeersleiding met betrekking tot vervoer?
A: De luchtverkeersleiding maakt deel uit van operaties die het systeem controleren door de vluchtroutes voor vliegtuigen in de lucht te regelen.
V: Welke andere soorten regelgeving worden gebruikt om transportsystemen te controleren? A: Andere soorten regelgeving die gebruikt worden om transportsystemen te controleren zijn tolgelden, brandstofbelastingen en verkeerswetten.