Mosasaurus
Mosasauriërs waren grote, roofzuchtige zeehagedissen uit het Boven-Krijt. De eerste fossiele Mosasaurus, Mosasaurus hoffmanni, werd in 1776 in Nederland gevonden.p7 Hij kreeg zijn naam in 1822 van W.D. Conybeare.
Moderne reconstructie van Platecarpus tympaniticus met halvemaanvormige staartwortel
Ontdekking en interpretatie
Het type exemplaar werd gevonden in een krijtgroeve in Maastricht. Het werd gevonden door een Duitse legerchirurg, Johann Hoffmann, die fossielen verzamelde voor het Haarlemse museum. Tijdens een strijd om de eigendom gingen de skeletdelen naar het museum, terwijl de schedel bij de eigenaar van het land bleef, die weigerde het aan iemand te laten zien.
De ware identiteit van het monster werd correct vastgesteld door de Franse anatoom Georges Cuvier. In 1795 bevonden Franse troepen zich buiten Maastricht, en Cuvier zorgde ervoor dat de grote schedel werd gered toen zij de stad bestormden. De schedel ging naar Cuvier in Parijs, want hij was de belangrijkste vergelijkende anatoom van die tijd. Hij herkende de schedel als die van een reuzenhagedis, aan de hand van de tanden en schedelbeenderen,p10 hoewel pas in 1808, toen de zoon van een Nederlandse professor, Adriaan Camper, al hetzelfde idee had. De ontdekking van het specimen was nog op een andere manier belangrijk, want het hielp Cuvier ervan te overtuigen dat het uitsterven van sommige soorten een feit was. Cuvier kwam later met een catastrofetheorie.
Habitat
Mosasauriërs ademden lucht, waren krachtige zwemmers en waren goed aangepast aan het leven in de warme, ondiepe epicontinentale zeeën van het Boven-Krijt. Mosasauriërs waren zo goed aangepast aan deze omgeving dat ze levende jongen brachten in plaats van terug te keren naar de kust om eieren te leggen, zoals zeeschildpadden doen. Er zijn duizenden fossielen gevonden, van elk continent. Er zijn ongeveer 40 soorten bekend. De meeste skeletten zijn in Noord-Amerika gevonden in krijt dat is afgezet in de Westelijke Binnenzee.
Een interessant gegeven is dat ichthyosauriërs halverwege het Boven-Krijt waren uitgestorven, en dat plesiosauriërs en zeekrokodillen in aantal afnamen. De redenen hiervoor zijn niet bekend: misschien was er toegenomen concurrentie van grote roofvissen. Het is deze grote zee predator niche die mosasauriërs blijkbaar bezetten. Ze brachten levende jongen ter wereld, net als de ichthyosauriërs. Ze floreerden in het latere Krijt, om uit te sterven bij de K/T uitsterving.
Maat
De typesoort werd geschat op 10 meter lang. Mosasaurus had vier peddelachtige ledematen op een lang, gestroomlijnd lichaam en een lange, krachtige staart. De grote kop had enorme kaken, tot 1,2 m lang, met veel tanden. De kaken konden ongeveer 1 meter open. De onderkaak zit losjes aan de schedel vast met een beweegbaar gewricht aan elke kant (achter de tanden). Door dit losse gewricht konden ze enorme prooien inslikken. Ze zouden gejaagd hebben op vis, schildpadden, weekdieren en schelpdieren. Er zijn ammonieten gevonden met sporen van mosasaurustanden.
De kleinste bekende mosasaurus was Carinodens belgicus, die ongeveer 3,0 meter tot 3,5 meter lang was en waarschijnlijk in ondiep water aan de kust leefde, waar hij met zijn bolvormige tanden weekdieren en zee-egels kraakte. Grotere mosasauriërs waren meer typisch: mosasauriërs varieerden in grootte tot 17 meter. Hainosaurus houdt het record van de langste mosasaurus met 17,5 meter.
Plioplatecarpus primaevus schedel in het Oxford University Museum of Natural History.
Andere soorten
Veel andere soorten mosasaurussen zijn sindsdien gevonden, bijvoorbeeld Tylosaurus. Mosasaurus maximus werd gevonden in Onion Creek, Texas. Allen hebben dezelfde algemene lichaamsbouw en levenspatroon, hoewel sommige, zoals Prognathodon, knijpende tanden hadden om met schelpdieren om te gaan. Tegenwoordig wordt gedacht dat hun dichtste levende verwanten de varanen zijn.